RAADSBREED OF COALITIE?
De VVD heeft zijn kandidatenlijst klaar
en natuurlijk ook het verkiezingsprogramma. De eerste vraag die na de
verkiezingen moet worden beantwoord is in wat voor model de nieuwe raad
en het nieuwe college moeten gaan samenwerken. Wat de VVD betreft, is die vraag
niet zo moeilijk. De afgelopen raadsperiode heeft immers duidelijk gemaakt dat
een raadsbreed programma mooi klinkt, maar niets voorstelt. Een akkoord waarin
iedereen zich kan vinden, is een akkoord zonder inhoud. Bovendien leert de
praktijk dat raadsbrede samenwerking niet bestaat. Op de momenten dat het er op
aankwam, bleek dat elk van de vier partijen toch gewoon de eigen achterban wilde
bedienen. Er is dus niets terechtgekomen van alle ronkende woningbouwplannen, er
is geen stap gezet naar een toekomstvisie voor de veehouderij en de discussie
over de kerntaken in de zorg is angstvallig vermeden. Het enige zichtbare
resultaat van 2,5 jaar “Raadsbreed” is een lege gemeentekas. Want beleid maken
betekent keuzes maken en dat is nu eenmaal moeilijk als je de schijn wilt
ophouden dat iedereen het met elkaar eens is. En dan is er ook nog zoiets als
het mandaat dat je van je kiezer krijgt: je kunt de kiezer niet afschepen met
een bestuursakkoord dat nietverder gaat dan: "we zien wel wat we gaan
doen en we kijken wel wat het kost".
De VVD is blij dat we niet aan dit
experiment hebben meegedaan en onze kiezer recht in de ogen kunnen kijken. Het
raadsbrede model is voor ons eens maar nooit weer.
WIE WEL EN WIE NIET?
De VVD zal na de verkiezingen dus inzetten op coalitievorming. Dat werkt, dat zorgt voor herkenbaarheid en dat is de beste garantie voor een effectief en slagvaardig bestuur. Vervolgens zijn twee vragen belangrijk: met wie gaan we de coalitie aan en hoe gaan we daarna om met de oppositie? Wat de eerste vraag betreft, geldt dat de VVD bestuurlijke verantwoordelijkheid nooit ontloopt. Dat betekent dat wij (met een enkele uitzondering) geen partij op voorhand uitsluiten. In het verleden hebben we goede coalities gevormd met zowel AB als CDA, maar ook met PGB en PrO. Doorslaggevend voor ons is een solide financieel beleid. Dat vergt - naast het stellen van financiële kaders in een coalitieakkoord - capabele wethouders op Financiën en Zorg, ongeacht hun politieke kleur. Voor wat omgang met de oppositie betreft, heeft het verleden ons geleerd dat goed bestuur meer is dan het uitvoeren van in beton gegoten afspraken. Een luisterend oor reikt verder dan de meerderheid van een of twee stemmen in de raad. Er is vaak gesproken over de slechte verhoudingen in de gemeenteraad. Die waren inderdaad niet altijd goed. Echter om die te verbeteren hoeft het coalitiemodel niet te worden ingeruild voor nietszeggende en onwerkbare bestuursakkoorden waar niemand iets mee opschiet.
voorzitter Netwerk VVD Hart van Brabant